2. DE VRIJGEZELLEN

Het gaat al een poosje niet goed met de vrijgezellen. Sinds ze die andere kroeg ontdekt hebben gaan ze elke avond weg en komen pas vroeg in de ochtend weer thuis.
Ze proberen dan wel zachtjes te doen als ze thuis komen maar dat lukt niet altijd.
’s Morgens zijn ze dan chagrijnig en staan pas heel laat op.
John, de man van het jonge stel en serieuze hebben hen herhaaldelijk op hun gedrag aangesproken en gevraagd of ze niet wat zachter konden doen. Maar ze trekken zich nergens iets van aan en het wordt alleen maar erger. Als dit zo doorgaat moet er met de mevrouw van het DOC gepraat gaan worden.

   

Ook hebben de vrijgezellen stiekem in een hoek van de kamer een krat met bier verstopt.
Nu komen ze vaak dronken en hard zingend thuis. Laatst viel er een van de trap, van boven naar beneden. Maar evengoed gingen ze ’s avonds weer op pad.
De poesjes zijn erg bang van hen geworden want ook overdag gaan ze steeds meer drinken.

  

Hun slaapcabine stinkt, zij stinken en ze maken een enorme troep. De weduwe zegt dat ze niet meer met zulke viezeriken in één kamer wil wonen. Het jonge stel zegt dat de vrijgezellen een slecht voorbeeld zijn voor de kleine. En gevaarlijk is het ook. Er ligt nu een gebroken wijnglas op de vloer en overal liggen stukken glas. Serieuze gaat maar gauw opruimen voordat er ongelukken gebeuren.
 
Dit kan zo niet langer.
Maar zo erg als vandaag is het nog nooit geweest. De vrijgezellen zijn helemaal buiten westen van de drank en zitten onder de blubber. Het is al bijna middag en ze zijn nog steeds niet aanspreekbaar. John heeft de mevrouw van het DOC gebeld en zij is gekomen. Wat schrok zij toen ze de vrijgezellen zag en de staat waarin de kamer van de pinguïns verkeerde. “Hier moet onmiddellijk een oplossing voor komen. Ik zal dit meteen met het team bespreken”, zei ze. 

Maar  dat hoefde al niet meer.
In de avond vertrokken de vrijgezellen zoals gewoonlijk en ze zijn gewoon niet meer teruggekomen. Er is nog wel een beetje naar ze gezocht maar zonder resultaat.